Inflatiecijfer daalt, maar boodschappen blijven duur: wat nu?
Het inflatiecijfer is voor het eerst in anderhalf jaar tijd onder de 5 procent gezakt. Dit is een groot verschil met de recordinflatie die het CBS een half jaar geleden noteerde. Toch betekent dit niet dat boodschappen goedkoper worden: voeding, drank en tabak worden gemiddeld nog steeds flink duurder. Hoe kan dit? En is er al zicht op verandering?
Boven de nul
Belangrijk om te weten is dat er wordt gemeten ten opzichte van een jaar geleden. Deze maand betaal je gemiddeld 4,4 procent meer voor goederen en diensten dan in maart 2022. De stijging is relatief laag vergeleken met het afgelopen jaar, maar vorig jaar was de inflatie ook al hoog: zo’n 10 procent. Vergelijk je de prijzen nu met twee jaar geleden, dan zijn ze dus toegenomen met ruim 14 procent.
‘Geen vlag uit’
CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen geeft aan dat we geen reden hebben om te juichen over het huidige inflatiecijfer van 4,4 procent. Consumenten merken er namelijk nog weinig van omdat voeding, meubels en kleding nog altijd in prijs stijgen. Werknemers krijgen wel hogere lonen (gemiddeld zo’n 7 procent bij verschillende cao’s), maar deze kosten worden vaak weer doorberekend waardoor prijzen langer hoog blijven.
‘Klanten accepteren het’
Hoewel klanten prijsverhogingen nog wel lijken te slikken, is het afwachten hoe dit zich in de loop van het jaar gaat ontwikkelen. Zo’n 96 procent van de klanten van glashandel Van Ooyen heeft prijsverhogingen geaccepteerd, maar bedrijven moeten wel oppassen dat ze niet te ver gaan met hun prijsstijgingen.
Kortom: hoewel het inflatiecijfer wat lager is dan afgelopen jaar, betekent dit niet dat boodschappen goedkoper worden. Er wordt nog altijd flink onderhandeld over lonen en consumenten merken er nog weinig van. Bedrijven moeten oppassen dat ze niet te ver gaan met hun prijsstijgingen om klanten te behouden.
Bron: https://nos.nl/l/2469652